De kunstschilder Willem Jacob Herreyns (1743 - 1827) werd in 1771 door de jezuïeten gevraagd praalwagens te ontwerpen voor de grootse cavalcade tijdens de milleniumherdenking van 1775 voor St. Rombout (Rumoldus), de patroonheilige van Mechelen. Herreyns, geboren in Mechelen, richtte daar in 1771/72 de Mechelse Stedelijke Academie op. Samen met de beeldhouwer Pieter Valckx tekende Herreyns acht van de wagens in detail uit; en ook voor sommige van de elf gelegenheidstriomfbogen, waaronder de Cavalcade hoorde te passeren, maakte hij de ontwerpen. De “Prael-Treyn” die in 1775 door de stad trok, bestond uit negen onderdelen met elk een praalwagen voorafgegaan door zinnebeeldige figuren en groepen.
Er werd voor die speciale gelegenheid een luxueus programma uitgegeven. Dit boekwerk bevatte naast tekst en uitleg ook kopergravures van de wagens en andere figuren; meestal op grote, uitslaande platen. Vele hiervan werden gegraveerd door (een van) de gebroeders Joseph Sebastian en Johann Baptist Klauber uit Augsburg.
Dit is de vijfde praalwagen met als thema: “Verbeeldende den verwoesten Tempel van DIANA, op wiens puynhoopen door de predikatie van RUMOLDUS geplant word het kruys ’t welk van ADO en ELIZA, en van MECHELEN geëerd word. Hy word bestierd door eenen Gelauwerden ENGEL.”