Het lijkt een namiddag in de herfst. De zon achter de wolken geeft ze een vage gloed. Weissenbruch speelt met het licht. Het oog wordt getrokken naar de lucht boven het sobere landschap, naar de witte wolk bijna centraal in het beeld. Op elk schilderij van Jan Hendrik Weissenbruch zien we zo’n wit accent. Het was de ‘finishing touch’, de bepalende factor van het schilderij. Te zien is verder slechts een enkele kleine figuur. De boot lijkt stil te liggen, de molen staat roerloos in het uitgestrekte polderlandschap en steekt donker af tegen de achtergrond. Er heerst rust, zoals vrijwel altijd in zijn schilderijen.
Hendrik Johannes (Jan Hendrik) Weissenbruch, 1824 - 1903, geldt als een van de belangrijkste schilders van de Haagse School. Naast schilder was hij ook etser, lithograaf en aquarellist. Het overgrote deel van zijn leven was hij werkzaam in Den Haag, Scheveningen, Haarlem en Noorden. Pas laat ondernam hij een reis naar Barbizon om de plek te leren kennen van de plein-air schilders die hij zo bewonderde. Weliswaar schilderde hij enkele stadsgezichten en interieurs, maar zijn hart lag bij de oerbeelden van het Hollandse landschap: het strand, de polder, het water, de wind en de wolken. “Lucht en licht zijn de groote toovenaars”, was zijn stellige overtuiging. Daarin lag ook zijn grote kracht: het weergeven van het typische Hollandse licht, soms helder, soms diffuus en nevelig.