Gezicht over de stadsbuitengracht op de stadswal te Utrecht met waltoren de Beer en rechts de oostpunt van het Begijnenbolwerk. Op de voorgrond het zogenoemde ‘overhaalschuitje’ naar het Begijnen waterpoortje. Links achter de waltoren is nog de Domtoren zichtbaar.
Utrecht kreeg in 1122 de stadsrechten en had daarmee het recht een stadsmuur te bouwen. De stadsmuur was voorzien van meer dan 20 verdedigingstorens, die door de Utrechtse gilden werden bemand. Het ging onder meer om de Torens de Beer (1537, tussen Weerdpoort en Plompe toren langs de Weerdsingel, gesloopt in 1828).
Lees meerCornelis van Hardenberg heeft het waterpoortje ook afgebeeld in een binnenaanzicht met op de achtergrond de Jacobikerk, destijds nog zonder torenspits.
Lees meerIn de Bijzondere Collecties van de Universiteitsbibliotheek van de UU is een kaart van Utrecht opgenomen, waarop men de uitsnede in de link ‘Case Study’ terugvindt in de linker bovenhoek. Op die manier krijgt men een goed beeld van de plek in de stad waar het begijnhof en het Bagijne Waterpoortje lagen.
Lees meerDoor een onderzoeksteam van Instituties voor Collectieve Actie van de Universiteit Utrecht is een case study gedaan naar begijnhoven in Nederland, waarin ook het begijnhof wordt beschreven, waaraan dit poortje zijn naam te danken heeft. Op de site staat een kaart, waarop de locatie van het begijnhof is aangegeven door een rode vierhoek. Onderaan links daarvan is de plek van het poortje zichtbaar. Een stukje hoger ‘De Beer’ en nog iets hoger de ‘Plompe Toren’.
Lees meer
