Na het zien van Aziatisch keramiek in 1889 in Parijs besloot Alexandre Bigot om te gaan experimenteren met aardewerk. Zijn vroege werk bestond uit kleine eenvoudige vazen en borden met toegepaste salamanders, kikkers en slangen, enigszins op de manier van de vroegere Franse meester Bernard Pallissy. In 1897 veranderde Bigot zijn bedrijf in een naamloze vennootschap. Hij verhuisde zijn Parijse winkel van de Rue d'Assas naar de Rue des Petites Ecuries en bouwde een fabriek in Aulnay (bij Mer), waar hij uiteindelijk meer dan 100 mensen in dienst had en 10 industriële ovens uitbaatte. Als hoofdrolspeler op het gebied van architecturaal keramiek kreeg hij de opdracht samen te werken met de grootste beeldhouwers en architecten van die tijd. Ondertussen bleef hij individueel figuren, vazen, tegels en ander decoratief keramiek maken in zijn Parijse studio. Zijn werk werd verkocht via Maison L'Art Nouveau van Siegfried Bing. Bigot produceerde architecturale keramiek en kunstaardewerk tot 1914. Toen werd hij technisch adviseur in de keramische industrie.