Het veelzijdige oeuvre van Peter Struycken bestaat onder meer uit schilderijen, wandtapijten, werken in de openbare ruimte en lichtinstallaties, waarbij het onderzoek naar vorm en kleur steeds centraal staat. Hij verkiest begin jaren zestig een geometrisch-abstracte vormentaal boven de lyrisch abstracte kunst die destijds nog beeldbepalend is. In 1968 is hij een van de eerste kunstenaars die met de computer gaan werken. Zijn bekendste werk is wellicht het gestippelde ontwerp voor de postzegel met de beeltenis van koningin Beatrix.
In de periode 1963-1967 maakt Struycken bijna uitsluitend abstracte schilderijen die hij de titel Wetmatige beweging meegeeft en waarvan dit werk een voorbeeld is. Daarvoor schildert hij als beginnend kunstenaar nog figuratief, maar de willekeur daarvan staat hem tegen: een boom wordt immers weergegeven zoals deze zich op dat moment aan de schilder voordoet. Daarom laat hij de zichtbare werkelijkheid los en begint hij met het maken van abstracte werken, waarbij de ordening wordt bepaald door een innerlijke wetmatigheid. Op basis van getallenreeksen laat hij vorm - in dit geval een vierkant - en kleur stapsgewijs veranderen. Het uiteindelijk beeld is een weergave van het verloop van deze verandering.
Door het ontbreken van een persoonlijk handschrift en subjectieve keuzes, wordt vaak beweerd dat Struyckens kunst verstandelijk en gevoelloos zou zijn. Maar zijn doel is juist het prikkelen van de visuele ervaring. Volgens Struycken is er een bepaalde -wetmatige - organisatie nodig om een beeld bewust te kunnen ervaren.